Feedback vragen

(Dit is deel 2 van de oefening, hier staat deel 1)

Denk eerst voor jezelf na over de volgende vragen. Schrijf je antwoorden op om je gedachten te ordenen.

Stel je voor dat je een vriend of vriendin (maar niet je beste vriend(in)) of je naaste collega gaat vragen wat diegene van jou vindt.

Als je werkelijk feedback gaat vragen aan je vriend(in) of collega, is het belangrijk dat je zelf weet wat je angsten en verlangens zijn. De antwoorden op de vragen hierboven zijn van jóu: ze zeggen iets over jouw gevoelens, niet over de ander. Wat de ander van je vindt kan totaal anders zijn.

Je kunt de ander alleen zuiver horen als je je eigen angsten en verlangens goed in beeld hebt. Die kunnen er immers voor zorgen dat je de ander niet goed ‘ontvangt’, doordat ze de informatie filteren. Mensen zijn soms zelf zo bang voor bepaalde kritiek, dat ze dat ook al snel denken te horen en opmerkingen van anderen in die richting interpreteren, zelfs als de ander dat helemaal niet bedoelt. Of ze hebben een sterk verlangen dat door de ander niet vervuld wordt, en hun teleurstelling daarover staat echt contact in de weg. Zorg dus dat je je eigen ‘verhaal’ goed in het vizier hebt. Het is de bril waar je door kijkt. Als je dat beseft, kun je beter luisteren naar de ander, die een ander perspectief heeft en door zijn/haar eigen bril kijkt.

Je hoeft dit niet in één keer allemaal op een rij te hebben; het kan best een paar dagen duren. Heb je je eigen verlangens en gevoeligheden eenmaal goed in beeld, en kun je ten volle beseffen dat ze van jou zijn en niets zeggen over wat andere mensen van je vinden, dan ben je klaar voor de volgende stap.